Veel moderne elektronische apparaten worden geleverd met een AC-DC adapter, maar wat is een adapter nu precies? Een AC-DC adapter is een klein elektronisch apparaatje dat u in het stopcontact steekt. Het kabeltje met stekkertje steekt u in het apparaat waar de adapter bij hoort. De spanning die op het stopcontact staat, is te hoog om moderne apparaten van energie te voorzien. Daarom wordt er een AC-DC adapter gebruikt om de lichtnetspanning om te zetten naar een veilige laagspanning. Omdat elektronica gelijkspanning nodig heeft, wordt in een AC-DC adapter de wisselspanning van het lichtnet niet alleen verlaagd maar ook omgezet in gelijkspanning. Of het AC (wisselspanning) of DC (gelijkspanning) betreft, is te herkennen aan de hand van deze symbolen: wisselspanning heeft het symbool ~ en gelijkspanning het symbool ⎓ (let op, dit is niet het “is” teken, maar 1 streep met 3 kleine streepjes er onder). Er is een reden waarom veel elektronicafabrikanten liever kiezen voor een losse AC-DC adapter in plaats van een ingebouwde voeding. Om apparaten die op netspanning werken te mogen verkopen, moeten deze eerst gekeurd worden. Dit keuren is niet goedkoop en moet elke keer als een fabrikant iets aan een apparaat verandert opnieuw worden uitgevoerd. De keuring geldt niet voor apparaten die op laagspanning werken. Door voor een losse adapter te kiezen, hoeft alleen de adapter gekeurd te worden. Veel fabrikanten kopen hun adapters bij een gespecialiseerde adapterfabrikant.
Als u een vervangende adapter voor een apparaat nodig heeft, dan is het belangrijk om het juiste type te kiezen. De eerste belangrijke eigenschap is de netspanning. Een ouderwetse AC-DC adapter met een draadgewonden transformator is geschikt voor maar één netspanning. Voor Nederland en de omringende landen is dat 230 volt 50 hertz wisselspanning. Een ouderwetse 230 volt adapter zal niet werken in bijvoorbeeld Amerika, waar de netspanning 110 volt 60 hertz wisselspanning is. De moderne elektronische AC-DC adapter functioneert op een netspanning tussen 100 en 240 volt wisselspanning met een frequentie tussen 50 en 60 Hz. Dit type adapter kunt u met een passende reisstekker overal ter wereld gebruiken. De tweede belangrijke eigenschap is de uitgangsspanning van een AC-DC adapter. De uitgangsspanning van een adapter ligt afhankelijk van het type tussen 3 en 24 volt. Het is bijzonder belangrijk om een AC-DC adapter te kiezen met een uitgangsspanning die gelijk is aan de originele adapter van een apparaat. Gelukkig geeft vrijwel iedere fabrikant op het apparaat aan, hoe hoog de voedingsspanning moet zijn. Voedingsspanning wordt aangegeven in volt afgekort net de letter V.
Naast de juiste spanning moet een AC-DC adapter ook voldoende vermogen kunnen leveren. Trekt een apparaat meer vermogen dan een adapter kan leveren, dan zal de voedingsspanning van de adapter in elkaar zakken en zal het apparaat niet of niet goed functioneren. Op het apparaat wordt aangegeven hoeveel vermogen het in vol bedrijf maximaal zal gebruiken. Dit wordt aangegeven in milliampère (mA) waarbij 1000 milliampère gelijk is aan 1 ampère (A). Kies een adapter die de op het apparaat aangegeven stroom kan leveren. Meer mag ook. Een apparaat bepaalt zelf hoeveel stroom er uit de adapter wordt getrokken. Een apparaat zal nooit stuk gaan als er een AC-DC adapter aangesloten wordt die meer stroom kan leveren dan nodig is. Een apparaat kan wel stuk gaan als een adapter een hogere dan aangegeven spanning levert. Wordt het maximaal opgenomen vermogen in watt aangegeven, dan is dit eenvoudig om te rekenen naar stroom. Gebruik de calculator (bijvoorbeeld op uw smartphone) en deel het vermogen in watt door de voedingsspanning in volt. Het antwoord is de maximale stroom in ampère. Vermenigvuldig dit getal met 1000 en u heeft de maximaal opgenomen stroom in milliampère (mA).
Aan het kabeltje van een AC-DC adapter zit een voedingsplug die in uw apparaat past. Elke voedingsspanning heeft zijn eigen diameter voedingsplug. Hiermee wordt voorkomen dat een adapter met andere spanning dan die het apparaat nodig heeft toch in het apparaat gestoken wordt. Past een voedingsplug niet, controleer dan of de voedingsspanning van de adapter en het apparaat hetzelfde zijn. Bij vrijwel ieder modern apparaat is de buitenkant van de voedingsplug de minpool en de kern de pluspool. Toch is het verstandig dit te controleren voordat u de adapter aansluit. Wilt u uw adapter voor meerdere apparaten met verschillende voedingspenningen of verschillende aansluitingen kunnen gebruiken, dan kunt u een universele AC-DC adapter kiezen. Er zijn twee types universele AC-DC adapter. Adapters met een vaste uitgangsspanning en met verschillende voedingsplugjes die op de voedingskabel gezet kunnen worden. Dit is een goede keus als u de voedingsspanning van het apparaat weet, maar niet weet welke voedingsplug op het apparaat past. Adapters met een instelbare voedingsspanning en verschillende voedingsplugjes die op de voedingskabel gezet kunnen worden. Dit is een goede keus als u de adapter voor apparaten met verschillende voedingsspanningen wilt gebruiken.