De moderne led- en halogeenverlichting is niet meer weg te denken uit het dagelijkse leven. Door te kiezen voor de energiezuinige ledverlichting of gerichte halogeenspot, kunt u in elke ruimte de door u gekozen sfeer creëren en met dimmers aanpassen. Omdat leds en veel halogeenspots op 12 volt laagspanning werken, kunnen deze niet rechtstreeks op het lichtnet worden aangesloten. Ledlampen in bolvorm met een E15 of E27 schroefvoet en veel halogeenspots hebben daarom een ingebouwde voorziening om de 230 volt wisselspanning van het lichtnet om te zetten naar laagspanning. Wilt u zelf ledverlichting zoals ledstrips of 12 volt halogeenspots plaatsen en aansluiten, dan heeft u een omvormer nodig om ze op het lichtnet aan te sluiten. Voor beide types lampen hebben wij de juiste omvormer op voorraad. Er zijn veel verschillende types omvormers, ieder met hun eigen toepassingsgebied. Het is dus belangrijk dat u weet welke lampen u wilt gaan gebruiken voordat u een verlichting transformator bestelt. De keuze voor led of halogeen bepaalt welk type transformator geschikt is om uw verlichting op aan te sluiten. Wij leggen uit waar u precies op moet letten zodat u eenvoudig de juiste transformator kunt bestellen.
Bij het plaatsen van 12 volt halogeenspots wordt er vaak voor meerdere spots gekozen die gezamenlijk op één transformator aangesloten worden. Tel het vermogen van de aan te sluiten halogeenspots bij elkaar op. Het vermogen in watt staat op elke halogeen aangeven. Het is geen probleem om meerdere spots met verschillende vermogens op één verlichting transformator aan te sluiten. Ze moeten wel allemaal dezelfde spanning hebben. U heeft een omvormer nodig die minimaal het opgetelde totale vermogen kan leveren. Meer mag, mijne niet. Uw halogeenspots kunnen hierdoor niet beschadigd raken. Voor halogeenlampen maakt het dus uit of u voor een gelijkspanning of een wisselspanningtransformator kiest. U kunt kiezen tussen twee types transformatoren. Het klassieke gewikkelde type bestaat uit een metalen lamellenpakket met twee wikkelingen van koperdraad. Dit type is zwaar maar robuust omdat het geen elektronica bevat. Een gewikkelde omvormer is dimbaar, ook met de goedkopere dimmers. Er hoeft niet een minimaal vermogen aangesloten worden om de omvormer goed te laten werken. De elektronische omvormer is veel kleiner en lichter. Dit type heeft wel een minimale belasting nodig om goed te functioneren. Bij een te lage belasting kunnen de lampen gaan knipperen. Let hierop als u een verlichting transformator kopen gaat.
Een led werkt altijd op gelijkspanning en heeft een constante stroom nodig om goed te functioneren. Ledverlichting is verkrijgbaar in veel verschillende vormen en uitvoeringen. De led peer heeft ingebouwde elektronica waardoor deze direct in een “klassieke” fitting geschroefd kan worden. Bij het zelf aanleggen van ledverlichting wordt vaak gekozen voor ledspots of ledstrips. Afhankelijk van de uitvoering werkt een ledspot op 230 volt wisselspanning of 12 volt gelijkspanning. Kiest u voor een ledstrip, dan werkt deze op 12 of 24 volt gelijkspanning. Om laagspanningsleds op het lichtnet aan te sluiten, heeft u een geschikte omvormer nodig. U kunt meerdere spots en led strips met dezelfde spanning op één led transformator aansluiten. Het is belangrijk dat u een omvormer kiest met voldoende vermogen. U kunt zelf eenvoudig uitrekenen wat het gezamenlijke vermogen is. Tel hiervoor het vermogen van alle aan te sluiten leds bij elkaar op. Wordt er op een led alleen de opgenomen stroom aangegeven, vermenigvuldig dan de stroom in ampère met de spanning. In veel gevallen is dat 12 volt. Wordt de stroom aangegeven in milliampère (mA), deel deze dan door duizend (1000).
Om een nog efficiëntere ledspot op de markt te kunnen brengen, kiezen fabrikanten steeds meer voor spots die met een constante stroom gevoed worden. Om deze aan te sluiten, heeft u een constantestroomtransformator nodig. U kunt meerdere constante stroom leds aansluiten. Hierbij is het belangrijk dat u de leds niet parallel, maar in serie aansluit. Op deze manier vloeit er door iedere led dezelfde stroom. Sluit niet meer dan één streng aan en gebruik alleen leds die op dezelfde stroomwaarde werken. Een groot voordeel van deze aansluitwijze is dat de bedrading die u gebruikt om de leds aan te sluiten dun kan blijven. Er is wel een maximum aan het aantal leds dat u in serie kunt aansluiten. Dit heeft te maken met de maximale spanning die een constante stroom omvormer kan leveren. Bent u van plan om meerdere leds aan te sluiten, kijk dan welke spanning elke led nodig heeft. Tel al deze spanningen bij elkaar op en u heeft de totale spanning die een constantestroomomvormer moet kunnen leveren. Kan de trafo de benodigde spanning niet leveren, dan zullen de leds niet of nauwelijks licht geven als u ze aansluit.